Pensioen in het nieuws
Pensioen heeft de laatste tijd meer onze aandacht dan vroeger. Hoe komt dat? De meeste werkgevers hebben de pensioenregeling met een vaste uitkering ingeruild voor een pensioenregeling met een vaste premie. Bovendien moet pensioen betaalbaar blijven. We worden namelijk steeds ouder, wisselen vaker van baan en ook economische ontwikkelingen spelen een rol.
Nederland kent in vergelijking met andere landen hoge pensioenen, aldus het kabinet. Deze zijn door de financiële crisis van 2008, de hogere levensverwachtingen en huidige economische crisis ten gevolge van Covid-19 onder druk komen te staan. De regering heeft inmiddels een aantal maatregelen genomen. Zo is een nieuw Financieel Toetsingskader ingevoerd dat pensioenfondsen langer de tijd geeft om financiële tegenvallers te verwerken.
Ook de pensioenleeftijd is verhoogd naar 68 jaar. Om de pensioenen toekomstbestendig te houden, zijn nog andere maatregelen nodig. Daarvoor heeft het kabinet in 2019 een Nationale Pensioendialoog gehouden met diverse betrokken partijen, zoals het Verbond van Verzekeraars en de Pensioenfederatie.
De regering vindt in ieder geval dat mensen beter zicht moeten krijgen op hun persoonlijke pensioenopbouw.
Belangrijk daarbij is dat heldere afspraken worden gemaakt over de risico’s binnen een collectieve pensioenregeling. Hoe houd je de kosten laag en met wie worden ze gedeeld. Met betrekking tot het toekomstige pensioenstelsel richt het kabinet zich op vier belangrijke hoofdlijnen. Welke zijn dat?
Voor iedereen die werkt een toereikend pensioen
Door de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt is er een grote variatie in pensioenopbouw. Er is een groep werknemers die verplicht voor hun pensioen sparen en er is een groep die niet dat niet doen. Denk hierbij aan flexwerkers en zelfstandigen. Het kabinet wil daarom meer samenwerken met sociale partners en zelfstandigenorganisaties om verdere mogelijkheden te verkennen. Het doel is voor iedere werkende een adequaat aanvullend pensioen te realiseren.
Afschaffing van de doorsneepremie
Verplichte bedrijfstakpensioenfondsen moeten nu een doorsneepremie in rekening brengen. Dat betekent dat alle deelnemers in een bedrijfstakpensioenfonds een premie betalen die gebaseerd is op de gemiddelde leeftijd van het deelnemersbestand van dat fonds. Vanaf 2020 wil het kabinet deze doorsneepremie afschaffen en vervangen door een actuarieel correcte systematiek van pensioenopbouw. Blijft de vraag: ‘Wat doe je met opgebouwde rechten tot die tijd?’ Jongeren betalen bij een doorsneepremie een te hoge premie voor de pensioenopbouw, terwijl ouderen in verhouding te weinig betalen. Doordat mensen steeds vaker van baan wisselen is deze herverdeling niet eerlijk. Werknemers die halverwege hun carrière zelfstandige worden, ontvangen al snel een derde minder pensioen dan waarvoor ze hebben betaald, aldus het kabinet. Bovendien beperkt de doorsneesystematiek maatwerk en eigen keuzes binnen de pensioenregeling. Wel is al aangegeven dat de wijziging niet op het overheidsbudget mag drukken.
Een nieuwe pensioenovereenkomst is wenselijk
Momenteel bestaan er grofweg twee soorten pensioenovereenkomsten. Eén waarbij is afgesproken hoe hoog de toekomstige pensioenuitkering zal zijn, de DB (defined benefits) uitkeringsovereenkomst. En een ander type waarbij een beschikbare premie is afgesproken DC (defined contribution) premieovereenkomst. Doordat de rente momenteel erg laag is en de levensverwachting blijft stijgen, is er vraag naar een nieuw soort contract. Dit is inmiddels vormgegeven in de Wet Verbeterde Premieregeling die sinds 1 september 2016 van kracht is. Hierdoor is het mogelijk om in geval van beschikbare premieregelingen ook na pensioendatum door te beleggen. Op die manier mag de deelnemer na pensioendatum meer risico nemen en heeft daardoor kans op een hogere uitkering dan dat hij/zij kiest voor een nominaal pensioen op de pensioeningangsdatum. Maar de opbrengsten kunnen ook tegenvallen en uiteindelijk in een lager pensioen resulteren. Daarom is advies gewenst.
Meer maatwerk en keuzemogelijkheden
Al lange tijd zijn er discussies over de besteding van het pensioenkapitaal anders dan voor pensioen. Zo kwam de gedeeltelijke opname van pensioenkapitaal voor aflossing van de eigenwoningschuld al eens voorbij en ook opname om zorgkosten te betalen passeerde de revue. In de Miljoenennota 2016 kwamen deze onderwerpen aan de orde. Het kabinet heeft gekeken naar mogelijkheden om de pensioeninleg en de pensioenuitkering af te stemmen op de persoonlijke behoeften.
Pensioendoelstelling Dukatenburg
Dukatenburg stelt zich ten doel om in iedere pensioenregeling die zij adviseren één of meerdere van de hiervoor genoemde hoofdlijnen te verwerken.